Onlangs vertelde Denis Scheck één en ander over zichzelf, over zijn voorkeuren en over hetgeen hem tegenstaat, in een programma van één der Duitse regionale televisiezenders (WDR, denk ik). Op de vraag van de interviewer ─ of het waar was wat hij had vernomen: dat zijn gast wel vijfduizend boeken in huis zou hebben ─ antwoordde de man dat het er misschien geen vijfduizend (meer) waren, maar dat het wel in die richting ging. Zijn vriendin zou echter met enige regelmaat opruiming houden. Hoe kun je iets terugvinden als een ander jouw boekenbezit aantast? Dat lijkt verdacht veel op de bekende situatie van de wederhelft die jaloers is op het feit dat haar vriend van boeken houdt (en dus niet van haar?), en haar macht om de ander gedeeltelijk te castreren. Kortom, gruwelijk: een beschuitje cyaankali als ontbijt voor zo'n vriendin lijkt de enige uitweg op een fatsoenlijk leven met daarin de juiste plaats voor boeken.
Fritz J. Raddatz. De laatste heer van stand in de Duitse literatuurkritiek. |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten